Krachtwerk: Interview N-VA

Met Sander Loones & Björn Anseeuw 

Stelling 1: Het aan de slag krijgen van langdurig werklozen en niet-beroepsactieven is een van de grote uitdagingen op de arbeidsmarkt en moet structureel aangepakt worden.  

Anseeuw:  Dat zijn eigenlijk twee dingen. Je moet werken aantrekkelijk maken en je moet het mensen makkelijk maken om opnieuw aan het werk te gaan of aan het werk te houden. Er zijn een aantal cijfers die genoeg gekend zijn. Er zijn in België 1,4 miljoen uitkeringsgerechtigden op arbeidsactieve leeftijd. Dat is een hele hoop. Er zijn een 300.000 tal werklozen. Dan heb je ook nog de arbeidsongeschikten en mensen die langdurig ziek zijn. Van deze groep wil dit natuurlijk niet zeggen ze niets meer zou kunnen doen. Misschien niet meer de job van weleer, misschien niet meer zoveel uur als men vroeger deed. Daar zit ook heel veel potentieel.  

Daarnaast, als het gaat over werken aantrekkelijk maken, het verschil tussen werken en niet werken groter maken. We komen straks ook nog terug op de automatische loonindexering, die eigenlijk vooral Vadertje Staat ten goede komt. Want elke indexering, bijna twee derde daarvan gaat naar de overheid. Het zijn de nettolonen die je moet kunnen verhogen, niet de brutolonen. Waardoor je opnieuw ook dat sociaal systeem dat wij hebben beter kunt ondersteunen.  

Als het gaat over het werken makkelijker maken, bijvoorbeeld voor mensen die langdurig ziek zijn of mensen die wat uitgekeken zijn op hun job. We moeten goed zorgen voor mensen die wel aan de slag zijn, maar die dreigen uit de boot te vallen. Eigenlijk kiezen ze altijd voor de zekerheid. Ofwel kiezen ze voor de zekerheid van de uitkering die ze krijgen. Werkloosheidsuitkeringen zijn nog altijd onbeperkt in de tijd in dit land. Vandaar een van onze voorstellen, beperk dat in de tijd. Dat zorgt ervoor dat mensen echt wel aangezet worden om aan de slag te gaan. Maar als je mensen iets anders wil laten proberen zonder veel risico, ofwel zitten ze aan een uitkering, ofwel kiezen ze voor de zekerheid van een gouden kooi waarin ze zitten. Een van de voorstellen die wij hebben, dat zijn onze doorstartbanen. Het mogelijk maken om eens iets anders te proberen zonder dat je al die zekerheden moet opgeven. Waardoor je bijvoorbeeld van de ene werknemer bij de andere kan te werk gesteld worden. Dit wel beperkt in duur.  

Een ander voorstel van ons zijn de arbeidsintegratiejobs. Dat is mensen de kans geven om effectief aan de slag te gaan vanuit die invaliditeit, vanuit die uitkering maar opnieuw met een tijdelijk behoud van dat vangnet. Voor de werkgever is er zeer weinig risico of geen risico aan verbonden is. Op die manier zijn dat concrete voorstellen waarmee je effectief uitval kan vermijden, maar mensen ook opnieuw de kans kan geven om die draad op te nemen. Om te kijken van wat werkt er wel. Zonder dat die nieuwe werknemer, maar ook die werkgever heel veel risico moet nemen. En op die manier kun je wel tot duurzame oplossingen komen. 

Vandaag is het allemaal zeer binair. Ofwel werk je, ofwel werk je niet. En dan ga je gaan werken, dan ben je die zekerheid kwijt waardoor mensen soms ook een stap niet durven te zetten. Anderzijds is het ook zo dat er ook mensen zijn die ‘pijn aan hun goesting hebben’ en dan is het inderdaad belangrijk om die werkloosheidsuitkering te beperken. 

Loones: Om erop aan te vullen, ik denk dat het onder Vlaamse politici onmiddellijk mogelijk is om dat in te voeren. Zelfs voor de werkloosheid beperken in de tijd is een ruime meerderheid van de Vlaamse partijen daar eigenlijk voorstander van. En dan begrijp ik, dat alle ondernemers altijd met die vraag komen, waarom doe je dat niet?  Waarom voer je het dan niet in?  

Dat is waar onze partij het verschil maakt. We brengen de redenering volledig. Het is niet enkel voorstellen. Het is eerlijk zijn over de boodschap en zeggen hoe de voorstellen gerealiseerd kunnen worden. 

Als het volledige arbeidsmarktbeleid een Vlaamse bevoegdheid zou zijn, dan was de werkloosheidsuitkering al lang beperkt in de tijd. Dan waren er doorstartjobs, dan konden we rond die invaliditeit beginnen werken. Zolang dat we in dat Belgisch carcan zitten met een aantal partijen, Ecolo en de PS in het bijzonder, krijg je dat gezond verstand niet gerealiseerd. Ook die analyse moet gemaakt worden. 

Dat wordt dé inzet van de verkiezingen. Wil je blijven analyses horen die niet geoperationaliseerd worden, dan stem je voor traditionele partijen. Wil je dat deze zaken effectief worden ingevoerd, dan moet de beslissingsmacht komen liggen bij partijen die ook die communautaire analyse maken. Die zeggen, Vlaanderen moet dat  zelf kunnen beslissen en dan zal het morgen ook beslist zijn. Zo simpel is het  

Stelling 2: Een manier om de krapte op te lossen is d.m.v. arbeidsmobiliteit vanuit andere provincies, gewesten of EU landen en ten slotte van buiten de EU. 

Anseeuw: Het is inderdaad zeer frappant. We hebben een actie gevoerd net over de taalgrens in Henegouwen. We waren daar zeer welgekomen. Ze vroegen waar moeten we zijn? Het was geen retorische vraag die ze stelden. In Henegouwen is de werkzaamheidsgraad een van de laagste van Europa en in West-Vlaanderen zitten we met het probleem dat de werkloosheid zo laag is dat we geen mensen meer hebben om vacante jobs in te vullen. In Henegouwen worden ze dom gehouden waardoor Polen en Fransen veel makkelijker de weg vinden naar West-Vlaanderen dan 10 kilometer van onze provinciegrens.  

Dat sluit aan bij de analyse die Sander maakte. We zitten eigenlijk in twee landen die samengevoegd zijn maar die compleet naast mekaar leven. Dat werkt niet. Ofwel zorg je ervoor dat je inderdaad  die verantwoordelijkheid geeft aan die verschillende entiteiten in dit land. Dat is ook verantwoordelijkheid laten opnemen. Nu is het al te makkelijk. Als ze aan de overkant van de taalgrens hun verantwoordelijkheid niet opnemen, dan is het wij die moeten bijpassen. Dat kan niet blijven duren natuurlijk.  

Ik vind inderdaad dat we in de eerste plaats binnen België moeten kijken. Detachering is een mogelijkheid om een aantal vacatures in te vullen maar detachering in België is bijna de regel geworden. In nagenoeg alle andere Europese landen is dat, zoals het ooit bedoeld was, de uitzondering gebleven. Het probleem is dat de federale regering niet aanzet om zelf structurele maatregelen te nemen om mensen vanuit bijvoorbeeld Henegouwen effectief hier ook aan de slag te zetten. 

Loones: Daarop verder bouwend, ik begrijp zeer goed dat de ondernemers vinden dat de job nu moet worden ingevuld waardoor ze pleiten voor arbeidsmigratie van een zeer verre afstand. 10.000 kilometer is haalbaarder dan 10 kilometer.  Het is aan ons om dan de handdoek niet in de ring te gooien en duidelijk te maken dat dit een korte termijn oplossing is.  

Dat zien we in het verleden ook, arbeidsmigranten die toch naar een uitkering gaan. Want het wordt zeer makkelijk gemaakt in dit land om over te stappen naar de inactiviteit. Ze komen met een gezin erbij, dus dat betekent extra huisvesting, dat betekent ook extra begeleiding, extra onderwijs, extra kosten die moeten worden gemaakt. Je hebt maatschappelijk niet alleen de winst van een job die ingevuld is, maar ook de kost die moet worden gemaakt. 

Als Wallonië content is dat veel mensen niet werken, dan is dat zo. Maar dan zullen ze zelf die uitkeringen moeten gaan betalen. Je hebt de stok en de wortel en deze regering wordt vooral bestuurd vanuit de Franstalige kant. En dat is wortel, wortel, wortel.  

Anseeuw: Bedrijven worden geconfronteerd met heel veel indexering van die lonen. Ik wil erop wijzen dat de werklozen werden geconfronteerd met niet alleen indexeringen van hun uitkering, maar daarbovenop forse verhogingen van die werkloosheidsuitkeringen die betaald wordt door de mensen die werken en ondernemen. 

Zelf wat leefloon betreft, daar is bijna 14% bijgekomen. Bovenop de indexeringen. Eigenlijk is dat wraakroepend, naar al die mensen die wel werken. Welke werknemer heeft het voorbije jaar 14% opslag gekregen bovenop de indexeringen? Niemand, dat is ook niet betaalbaar. Blijkbaar achten de federale bestuurders het wel betaalbaar als het gaat over uitkeringen. Zoals Sander zegt, je kunt het ondernemers niet kwalijk nemen als zij gedwongen worden om hun problemen op te lossen met detachering. Ze hebben geen andere keuze.  

Loones: De federale regering zegt constant dat ze ervoor zorgen dat mensen die werken meer loon overhouden, wat niet zo is. Hun koopkracht is stabiel gebleven. Tegelijk is de koopkracht van de mensen met de uitkering wel gestegen en is de kost daarvan vooral afgewimpeld op de onderneming. 

De achterstand met de andere landen in Europa wordt gewoon groter en groter. En dat kreeg je met een politiek die alleen inzet op de wortel.  Wat wij willen, is meer inzetten op de stok. Mensen die niet willen werken, zullen verplicht moeten worden om te werken of ze verliezen hun uitkering. Het meest cynische daaraan is, degene die heeft aangetoond dat dit succesvol is, is Elio Di Rupo. Toen hij premier was en de wachtuitkering voor de studenten die van de schoolbank kwamen beperkt werden, is dit zeer activerend gebleken. Een derde van die mensen hebben vandaag nog nood aan een uitkering. Twee derden niet meer. Het is geen academische studie. De realiteit heeft het bewezen. 

Stelling 3: Het Vlaams Reservepakket moet aangewend worden om extra ruimte  te creëren voor ondernemingen. 

Loones: Het korte antwoord is absoluut. Wij zijn dé ondernemende provincie van het land. Mocht iedereen in dit land even productief en even werkzaam zijn als West-Vlaanderen, dan was er geen probleem. Ondernemers zoeken niet alleen extra volk om te werken, maar ook extra plaats om te werken. En wij moeten hen die plaats geven. In deze legislatuur zijn daar al een aantal beslissingen genomen door het kabinet van Zuhal Demir. Er is uitbreiding gekomen van industriegronden, maar er is meer nodig.  

Die contacten lopen ook vlot met de provincie, die een aantal studies heeft opgestart, die aantonen dat die ruimte er moet komen. West-Vlaanderen, werk-Vlaanderen. Het wordt natuurlijk wel geen evidente keuze, want ruimte is dé strijd van de komende jaren. We wonen in een dichtbevolkte regio, zelfs in West-Vlaanderen. Je ziet dat iedereen daar, en terecht, verwachtingen heeft om zijn stuk van de koek te hebben. Om landbouw niet te noemen. De verwachtingen rond extra bos in de provincie, de natuurproblematiek, alles rond de windmolens. Dat is de reden waarom wij liever kerncentrales zien dan overal windmolens, omdat er ruimte gebruikt moet kunnen worden.  Onder andere voor onze ondernemers. Maar dus ook op dat vlak staan wij aan de kant van de mensen die de mouwen willen opstropen.  

Stelling 4: Vergunningen moeten sneller verleend kunnen worden, bijvoorbeeld door beroepsprocedures te beperken tot actoren die in het openbaar onderzoek hun bezwaar publiek maakten om zo de rechtszekerheid te verhogen. 

Anseeuw: Het initiatief is al genomen maar werd helaas vernietigd. Maar Zuhal Demir heeft inderdaad het initiatief genomen om ervoor te zorgen dat je eigenlijk alleen maar beroep kunt indienen op het ogenblik dat je ook bezwaar had ingediend. Dit is vernietigd door het Grondwettelijk Hof. Dat neemt niet weg dat we natuurlijk met N-VA verder zullen strijden voor snellere procedures, die ook wel voldoende rechtszekerheid bieden. Die rechtszekerheid is ook wel belangrijk. Je kan niet rap-rap een procedure ontwikkelen om dan achteraf een krakemikkige beslissing te hebben die veel te makkelijk kan worden aangevochten. Dat is ook niet de bedoeling. Je moet er ook wel voor zorgen dat die snelle, vlotte procedures en die oeverloze beroepen van mensen kunnen vermeden worden. 

Loones: En zo zie je opnieuw hoe snel het kot te klein is. Wij leven eigenlijk niet meer in een rechtsstaat, maar in een rechtenstaat en in een rechterstaat. Iedereen heeft wel een particulier recht om van alles te blokkeren, om zijn eigen grote gelijk te halen zonder het algemeen belang te zien. Wat is er in godsnaam mis om mensen die klacht of bezwaar willen indienen aan te bieden om dit zo snel als mogelijk in de procedure te doen? Iedereen heeft het recht om klachten in te dienen maar je moet dat zo snel als mogelijk Een logische beslissing die is gevoerd door de Vlaamse regering op een initiatief van Zuhal Demir. Maar dat wordt dan vernietigd door rechters die hoe langer hoe meer zelf de wet beginnen te vormen.  

Anseeuw: Ik begrijp de frustratie van heel veel ondernemers die effectief willen ondernemen maar het door dergelijke toestanden het een beetje beu worden gemaakt. Ik begrijp die frustratie volledig. Je moet op een bepaald ogenblik als ondernemer bijzonder veel moed aan de dag leggen en volhardend zijn. Je kan er alleen maar respect voor opbrengen. Dat is ook de reden waarom we vechten voor die procedures. 

Stelling 5: Bedrijvigheid moet waar mogelijk verweven worden in kernen. Het invoeren van regelluwe zones, waar verwevingsexperimenten mogelijk zijn, is hier een eerste vereiste.  

Anseeuw:  Je moet vooral kijken welke activiteiten je hebt. Als je activiteiten hebt die weinig of geen hinder veroorzaken in een kern, waarom zou deze niet kunnen integreren? Dan moet dat wat ons betreft perfect mogelijk zijn. Voor hinderlijke zaken moet je een andere plek zoeken. Veel van die zaken hangen natuurlijk af van lokale regels. Wat ons betreft, als er ruimtelijke uitvoeringsplannen zijn die logische verankering van een aantal economische activiteiten in een kern verhinderen, waar er geen goede reden voor is, moet je ze kunnen aanpassen.  

Als je een vergunning krijgt moet je zeker zijn dat je met die vergunning iets kan doen. Regelluwe zones zullen er niet voor zorgen dat een aantal toetsen niet moeten worden gemaakt. De leefbaarheid en de mobiliteit speelt nog steeds. Je gaat die toetsen altijd moeten doorstaan. Dus vandaar dat ik denk dat het belangrijk is om te kijken over welke activiteiten gaat het.  

Stelling 6: Bedrijven zijn volop bezig met de overschakeling op emissievrije (bedrijfs)wagens. (West)Vlaanderen is voldoende voorbereid om deze nieuwe voertuigen op te vangen met gepaste laadinfrastructuur. 

Anseeuw: Nee. Ik wil daar niet flauw over doen. De vergroening van het wagenpark van de bedrijfswagens gaat gepaard met een zeer strakke timing. Mijn eerste bedenking was dat het voor mij wel duidelijk is dat het eigenlijk een vergroening is van een wagenpark voor mensen met een zeer grote oprit. Waarom zeg ik dat? Overal laadinfrastructuur voorzien met die strakke timing is quasi onhaalbaar. Daarnaast heb je ook het feit dat je de markt moet kunnen volgen. Je moet nog elektrische voertuigen hebben die geleverd kunnen worden.  

Loones: Twee jaar geleden waren er 5.800 publieke laadpunten. Nu zitten we aan 29.000. We gaan richting 35.000. Vlaanderen doet wel wat nodig is. Ook met de lokale besturen. Vanuit het federale niveau wordt een onrealistische timing opgelegd en wij maken ons daar inderdaad wel wat zorgen over. Je ziet hier dat de groene partijen en de federale regering hun trofeeën moeten binnenhalen, dat die soms nogal wat naïef in het politiek verhaal staan. Dat wordt dan gecombineerd met een Open Vld die soms zelfs te voluntaristisch is, te positief, met CD&V die dan misschien eerder een aantal belangengroepen bedient en de socialisten die dan vinden dat iedereen een elektrische auto mag krijgen. Wat daar mankeert is die realistische toets. En dat proberen we in het parlement vooral te brengen. Het is goed om mee te zijn, het is goed om te geloven in de toekomst, in innovatie, in wetenschap maar je kan niet op alles de absolute voorloper zijn want dat is totaal onbetaalbaar. Zowel voor een overheid, maar ook voor de samenleving en voor onze lokale ondernemers. Op dat vlak moet het evenwicht worden hersteld.  

Stelling 7: De logistieke stromen moeten vergroenen. Vrachtwagens bijvoorbeeld zullen andere elektrische noden kennen en vragen dus andere oplossingen. Vracht- en bestelwagens op waterstof zijn hier de oplossing. 

Loones: Dat is er al in grote mate, maar vooral Europees. Ook daar zie je dat hoe langer hoe minder beleidsmarge in eigen handen zit en dat we moeten volgen. Europa heeft een aantal beslissingen genomen maar of dat allemaal even realistisch is in de timing, daarvoor verwijzen we naar het vorige antwoord. 

Stelling 8: Onze binnenvaartinfrastructuur heeft nood aan investeringen  zoals de opwaardering van het Kanaal Roeselare-Leie en het omvormen van het Kanaal Bossuit-Kortrijk tot een volwaardige bypass tussen Leie en Schelde. 

Anseeuw: Ben Weyts was in de vorige legislatuur bevoegd minister en heeft toen heel veel initiatieven genomen in het kader van de binnenvaart. Om die te moderniseren, om daar wel een stuk voorloper te zijn. Je kunt dat inderdaad niet overal zeggen, maar daar was die ambitie er wel en is die ambitie er binnen de Vlaamse regering nog altijd. Er zijn inderdaad grote investeringen nodig. De ervaring met andere grote infrastructuurprojecten, om een energieproject niet te noemen, leert hoe belangrijk het is dat je daar met een gedragen oplossing komt.  

Stelling 9: Een kernuitstap tegen 2025 (al dan niet met verlenging) is realistisch en kan opgevangen worden met meer hernieuwbare energie. 

Loones:  Het zou niet mogen gerealiseerd worden. Er moeten zoveel mogelijk kerncentrales zo lang mogelijk worden opengehouden om te zorgen dat de elektriciteit aan een zo betaalbaar mogelijke prijs uit elk stopcontact komt. Dat is de evidentie die wij nu al jaren verkondigen. Op het moment dat wij nog in de running waren om mee de federale regering te vormen was dat een van onze breekpunten. We hadden toen iedereen mee. Zelfs de PS, de linkse partijen, wilde die kerncentrales openhouden. Maar bon, men heeft liever een regering gevormd met de groene partijen en die beslissing is opeens veranderd. En dat kunnen we ons gewoon niet permitteren. De elektriciteitsnoden gaan tegen 2035 gaan gigantisch oplopen. Dat is dan het moment dat men de kerncentrales, die men nu nog een beetje gaat verlengen, ook opnieuw gaat stopzetten.   

Als gevolg zijn er dan natuurlijk andere oplossingen nodig zijn om energie te gaan creëren. Dat worden dan gascentrales die extra vervuilend zijn. Maar dat worden dan ook veel windmolens. Overal windmolens.  Ik kan dit op zich, als er een verstandig beleid wordt gevoerd, nog volgen. Dit is vooral energie die je in eigen handen heb. Maar dat is wel de noodoplossing. Dat er zoveel windmolens moeten worden gebouwd, is omwille van het feit dat kerncentrales sluiten. En het zou misschien logischer zijn om wat meer kerncentrales open te houden. Onze partij is daar zeer, zeer, zeer duidelijk in.   

Anseeuw: Het gaat ook niet alleen over de betaalbaarheid van energie. Het gaat er ook over of we er voldoende hebben. Het antwoord is nee. Maar als het beleid van vandaag niet snel wijzigt dan zegt Elia dat we binnen 10 jaar zitten dik in de miserie zitten. Dan zijn we op dat vlak eigenlijk een ontwikkelingsland aan het worden.  Er zijn andere landen, iets verder van hier, waar dat op een gezette tijden de elektriciteit voor een uur of twee uitvalt.   

Stelling 10: Bedrijven moeten vlotter windmolens kunnen plaatsen door o.a. het decreet bestemmingsneutraliteit waardoor enkel de ruimtelijk kwetsbare gebieden, uitgesloten worden voor alle vormen van hernieuwbare energie. Zo kunnen ook kleinere investeringen, bijvoorbeeld op bedrijventerreinen of voor Kmo’s, sneller vergund worden. 

Anseeuw: Windmolens moeten komen daar waar het het hardste waait. En dat is op zee. En dat moeten grote windmolens zijn. Ik denk niet dat die kleine windmolens de duurzame oplossing zijn om energietekorten, om de betaalbaarheid van energie te verzekeren. Het is een van de symptomen, dat ondernemers daarover nadenken. Want die voelen de bui ook wel hangen. Ik denk niet dat bestemmingsneutraliteit de oplossing is. Dat zou er ook voor kunnen zorgen dat je op bepaalde plaatsen, waar dat eigenlijk echt niet wenselijk is, een gascentrale kunt aanbouwen. Dat is geen duurzame oplossing. Ook economisch niet, ook technologisch niet. Je moet windmolens zetten waar het rendement het hoogst is. 

Loones: Tegelijk kun je hier en daar kijken of er noodoplossingen nodig zijn. Zolang we met die groene regeringen geconfronteerd worden, zitten we allemaal mee in de zak. Dus dan kom je uit bij logische plaatsen. Industrieparken, bedrijvenzones enzovoort. Het zou geen eerlijke boodschap zijn aan ondernemers om te zeggen dat daarmee de energiebehoefte veilig zal zijn gesteld. Er is gewoon veel meer nodig.   

Stelling 11: Er moet op zijn minst gepraat worden over een aanpassing van de automatische loonindexering. 

Anseeuw: Hetgeen we hebben goedgemaakt met de vorige regering, zijn we volledig kwijt. De achterstand is vandaag al minstens even groot als voor de Zweedse regering, die een hele stap vooruit heeft gezet op vlak van concurrentiepositie van ons bedrijven ten opzichte van onze omringende landen. Dat is helemaal weggeveegd.  

Twee, als je 3000 euro bruto gaat indexeren, dat kost je 75 euro, 49 euro daarvan, bijna 2/3e, gaat naar Vadertje Staat. Ik denk dat de oplossing er voor een belangrijk stuk in ligt dat vadertje staat iets minder gulzig is op dat vlak. Waardoor die nettolonen wel kunnen stijgen van de werknemers. Werken moet aantrekkelijk zijn, zonder dat die bruto loonkost eigenlijk exponentieel gaat toenemen. Ik ben ervan overtuigd dat de twee perfect te verzoenen zijn. Een hoger nettoloon zonder dat die bruto-loonkost verder blijft stijgen. Het is een debat dat zeker moet worden gevoerd.

Heb je vragen of aanvullingen over dit standpunt?

Laat het ons weten